Juni 2015
Voorwoord

Waar blijft het Akantje?” Het was een uitdrukkelijke vraag op de laatste algemene vergadering. Dit ‘instituut’ dat al 26 jaar leeft, was al bijna een jaar niet meer verschenen. Het Akantje kon toch zomaar niet ter ziele gaan? En gelijk heeft de vraagsteller.

Nu er wat meer ruimte is, heb ik, in overleg met het bestuur, beslist het Akantje terug nieuw leven in te blazen. Voor je ligt nu ons tijdschrift dat verslag uitbrengt over nagenoeg een jaar van kooractiviteit.

Even de rollen verduidelijken. Ik neem nu de technische realisatie van het Akantje over. De grondstof blijven de artikels, bedenkingen, beschouwingen, ontboezemingen van de A- en B-leden die ik probeer in een aantrekkelijk jasje te steken. Gerd zal jullie blijven oproepen om te schrijven, tekenen, dichten, puzzelen. Ben je geen Claus, Geeraerts of Brusselmans of ben je niet zeker of ‘Koor’ met een c of een k geschreven wordt? Geen probleem, wij passen er wel een mouw aan.

Vind je dat je facebookbedenkingen over het reilen en zeilen in het koor toch ook de niet facebookers onder ons kunnen interesseren, stuur ze ons dan door. Wij maken ze wereldkundig aan het ganse koor en omstreken.

Heb je ideeën voor de vernieuwing/verjonging van het Akantje? Altijd welkom. Ondertussen zoeken we zelf ook verder naar wat de moderne communicatiemiddelen aan mogelijkheden bieden.

Voilà, hier is het Akantje dan weer. Geniet ervan. Ik hoor wel wat je ervan vond!

Piet De Smet
Wat was en wat komt

Ons laatste A-kantje dateert van … vóór Pasen 20…14.

Over vijgen gesproken. Maar vijgen kunnen lekker zijn. Zeker als ze goed gerijpt zijn.

Intussen is de idee gerijpt om het A-kantje verder te zetten. Gelukkig maar. Het is immers een mooie traditie, een spiegel van ons koor, al vele, vele jaren lang. Ooit gestart als San Martinootje, verwijzend naar de oorspronkelijk naam van ons koor. Al heb ik nooit goed begrepen waar die ‘San’ vandaan kwam. Of misschien kan ik het mij niet meer herinneren.

Piet, heet de redder in nood. En hier komt mijn eerste bijdrage voor de nieuwe hoofdredacteur. Dat zal een hele klus zijn, graven in meer dan een jaar historiek. En op dit ogenblik geprangd tussen concerten, examens, extra lessen, hoogdag, zal het een vluchtig overzichtje worden. Maar goed, de draad is weer opgepikt.

Aan de slag dus!

Godfried Van de Vyvere
Weekeindtrip Parijs

Eerste ‘grote’ wapenfeit in de rubriek ‘wat was’, is natuurlijk de weekendtrip naar Parijs. In een vernieuwd kleedje, met keuze-activiteiten, een fiets-tocht, een geleide wandeling … De lucht was al een beetje grijs, toen we aan de grauwe kerkhofmuur van Père Lachaise arriveerden. Ieder kon op eigen houtje door het gravenpark struinen. Het was mijn eerste bezoek aan deze plek, en ik was toch wel onder de indruk. Ieder zocht zijn helden, zijn beroemdheden. Om de kerkhofsfeer compleet te maken, begonnen de eerste regendruppels uit de lucht te vallen. De fietstocht wenkte … Het was even zoeken naar de fietsverhuurzaak, en bovendien waren intussen de onheilspellende druppels gezwollen tot een heuse plensbui, zo niet stortbui.

Een tiental dapperen besloot om het er toch op te wagen. Ook de wandelaars trotseerden de regen. Doorweekt, mistroostig, trachtten wij, die de fiets aan de haak lieten hangen, ons enigszins op te warmen in een café en trachtten een plan te smeden. Met de metro zouden we naar Musée D’Orsay sporen. Zo geschiedde, maar voor het Musée stond een ellenlange wachtrij, en dus werd dat ook niks … Dan maar te voet richting hotel, door de Tuilleries. De doorweekte kledij werd in de groezelige kamer van het Hotel du Havre te drogen gehangen, het onderkoelde lijf werd verwend met een warme douche. We hadden toch al het kerkhof gezien …

Godfried Van de Vyvere
Twee dopen en een afscheid

Met de bus ging het dan richting restaurant. Een gezellig samenzijn in erg gescheiden opstelling. Gerda en Katrijn kregen er hun koordoop. Daarna kwam Lutgarde in de spotlights voor haar afscheid aan het koor. Lutgardegewijs werd dat een best glamoureus evenement, hartelijk ook voor een dame met zulk een verdienste voor het koor op muzikaal en menig ander vlak. Haar kleurrijke pauwenveren worden gemist. De liedjes die ter harer ere werden gebrouwen vind je elders in dit A-kantje.

De tweede dag begon met een vrije activiteit. Wij kozen ervoor om het Louvre te bezoeken, en niet zonder een beetje trots stonden we met onze kinderen bij de Mona Lisa … Dàt hadden we dan toch al gehad. Na een bescheiden lunch scheidden de wegen: de kinderen maakten de boottocht mee, wij gingen repeteren in La Madeleine. We werden er goed onthaald, een mysterieuze toeschouwer volgde aandachtig de repetitie, de omstandigheden om te zingen waren ideaal, trappenpodium, verplaatsbare speeltafel, Nicolas als registrant.

Godfried Van de Vyvere
La Madeleine


Het werd een fijn concert met Vlaamse en Europese koormuziek, en Hera die het voorrecht had om op de grote Cavaillé-Coll te mogen spelen. De Parijse organisten waren lovend, over het koor, onze organiste, en … ons tempo van de Cantique … Hoeveel keer zullen ze dat al moeten horen hebben van koren die langs de Madeleine passeerden? Na het concert zoefde het koor naar de bus, en in langgerekte stelling over een boulevard of twee (groepsdynamiek, weet je wel), bereikte iedereen het restaurant voor de afsluitende maaltijd. Paris à vélo zal voor een andere keer zijn. Het concert van La Madeleine hadden we onder de noemer Acantus à Paris in juni al een keer geoefend in onze Sint-Martinuskerk, en mochten we nog eens overdoen in de Antwerpse Pius X-kerk. De akoestische omstandigheden én het orgel waren daar niet zo goed als aangekondigd, in het eerste deel ging er af en toe een vervaarlijke golving door het koor, maar het tweede deel was dan weer terug op niveau.

Parijs werkte nog even door. In het jaarlijkse middagconcert ‘In den Hemel’ werden een aantal bekende Franse chansons gezongen. Meegezongen én gesmaakt door het publiek. Dat publiek kreeg ook al een voorsmaakje van ons volgende programma met vocal jazz. Blue moon, Somebody loves me, Summertime, When I fall in love waren de triggers van dienst.

Godfried Van de Vyvere
Jazz

Jazz dus. Niet zonder enige scepsis onthaald op de algemene vergadering (januari … 2014). In Vaalbeek werden de eerste ‘serieuze’ partituren aangesneden: A rainy day, Blue skies, Java Jive, My funny Valentine … Het jaar daarvoor zongen we in Vaalbeek … Vivaldi, Marenzio en Durante, Gloria en Magnificat. Dit was ‘another cook’ zou Luis Van Gaal zeggen, maar dat is enkel voor de voetballiefhebbers.

Voilà, ons jazzprogramma was definitief uit de startblokken geschoten.

Toch moesten we nog even naar meer gewijde muziekjes terugkeren, voor de hoogdagen van Allerheiligen en vooral Kerstmis. Op tweede kerstdag was er opnieuw een editie van het samenzangproject ‘U zijt wellekome’ van het Davidsfonds. Korter dan de vorige editie, met een wat andere liedkeuze en eigen structuur. Een heel geslaagde namiddag. Heel sfeervol in het rijkelijke decor van de altaarversiering, en met een talrijk opgekomen en gretig meezingend publiek. Een hartverwarmende namiddag.

Na een alweer goed gevuld koorjaar, nam ons gezin ’s anderendaags de benen naar Praag, waar de kerstatmosfeer nog werd doorgetrokken in de besneeuwde gouden stad.

En o ja, er was natuurlijk ook het jaarlijkse koorfeest. Met dit keer de baspartij als organisator. Gent, een boottocht op de Leie… Maar hierover kan ik niet berichten, daar ik dat feest niet kon meemaken.

2015 begon in een beklemmende sfeer, met de aanslagen in Parijs. Die schemerden even door in de toespraken op de nieuwjaarsreceptie.

Maar dan was het jazz, jazz, jazz….Een spitse titel (met dank aan de C-ploeg), fijn grafisch werk, bijzondere locatie (Scala)… Het koor was geprikkeld voor en door iets nieuws. Extra stimulus was de repetitie met het combo en zangeres Sandy, in de hal van de Middenschool. De aanvankelijke scepsis had intussen wel al plaats gemaakt voor bewondering, verwachting, en vooral….goesting.

En die goesting spatte er van af tijdens de drie concerten in de Scala. Drie quasi volle zalen, bijna 600 toehoorders voor een nieuw geluid van Acantus. Het koor werd fantastisch bijgestaan door het combo met een ontwapenende Hendrik, de rot-in-het-vak Marc, en de fijnbesnaarde Tony. De swingende Sandy maakte het plaatje (en het programma…) compleet.

Het programma kon nog eens worden overgedaan in de kerk van Waasmunster. Een wat vreemd decor, op de vooravond van de Goede Week, maar alleszins in veel betere akoestische omstandigheden. Het ging lekker, het programma was nu door en door gekend. Tevreden dames van Innerwheel, tevreden dirigent, en hopelijk ook tevreden koorleden. ‘A cup of jazz’ was m.i. ‘a big succes’!

Godfried Van de Vyvere
Pinksterfeest
De Paastijd wordt afgesloten met het Pinksterfeest. En dat deden we met veel … begeestering. Een KROON van een koor, wat een aantal koorleden voor een mis in een verlengd weekeinde. Iedereen stond versteld. Het was bovendien een glansrijke kroon. Ten behoeve van de nieuwe koorleden was de mis van Haydn tijdens de laatste repetities wat opgepoetst, en dat had blijkbaar ook voor de ‘anciens’ vruchten afgeworpen. Heel mooie, zuivere uitvoering, met verzorgde dynamiek. Felicitaties van Hera en Marita voor de Cantique. Inderdaad, die was heel mooi gezongen. Marita had ons nog nooit zo zacht horen eindigen. Ik ook niet, denk ik …. De deken eindigde de viering met de berichtgeving over de benoemingen en de bevoegdheidsverschuivingen binnen het dekenaat Beveren. De deken beleefde in Beveren veel blije maar ook veel droeve momenten, veel medewerking, maar ook veel tegenkanting. Als elementen die hem in Beveren vreugdevol stemden, noemde hij … het koor Acantus en organiste Hera. De begeestering was compleet. Pinksteren was een warm, gloedvol feest.
Godfried Van de Vyvere
Artube

Die ‘spirit’ werd doorgetrokken naar het optreden de week nadien, voor Artube. Onze koorrangen waren wat dunner, en we moesten het rooien met alleen onze pianist Hendrik. Maar dat lukte! En hoe. We gaven mijns inziens een spetterend optreden, met heel veel temperament, charme en dynamiek. De spirit van ‘A cup of jazz’ was weer helemaal aanwezig. Tof dat Acantus zich zo kon profileren voor een volle schouwburg. Het hele Artube-festival was volgens mij een echt succes.

Een prachtig visitekaartje voor en van de muziekacademie, waarbij ook alle verenigingen die in Beveren aan podiumkunsten doen, de kans krijgen zich te tonen, om zo misschien de brug te maken van de academie naar dat verenigingsleven. Wij hadden ook een standje, met een fijne powerpoint, en een wervende flyer.

Wervelend was het slotconcert van Artube door de big band Waesiana, met zangeres…Sandy. Wow…The devil called love again (weet je nog?), en Sandy ontbond haar duivels. Prachtig.

En zo beste lezer, zijn we kriskras door een volledig jaar gewandeld. Van Pasen tot even na Pasen. Wat een oogst, met de mis van De Boeck op het repertorium, een fijn concert in Parijs, de warme kerstsamenzang, de swingende jazzconcerten, en een knallend Artube-optreden.

Maar… voor minder gaat Acantus niet. Kijk maar, wat komt.

Godfried Van de Vyvere
Coral Catasons

In juni zullen we ons verder kunnen concentreren op het najaarsconcert van 14 november en de concerten met het Catalaans gastkoor. We houden ook nog een open repetitie, op 18 juni, in de hoop jonge stemmen te werven. Het Catalaans koor, ‘Catasons’, leerde ik kennen tijdens het festival van Verona, waaraan ik vorig jaar deelnam met Gynaika, net als Acantus het jaar daarvoor. Het leek mij een pittig koor, met een leuke spirit, een dynamische dirigente en een gevarieerd repertoire.

Bij Acantus gaan ze graag naar het zuiden. Italië en Portugal, met de uitschieters Rome, Assisi en Lissabon, prijken al op ons palmares. Catalonië, en Barcelona: dat leek mij ook wel een fijne kans. En dus ging ik aan de rand van het prachtige zwembad van ons hotel nabij Verona, met mijn verzoek naar dirigente Mariona en haar gezelschap. Die leken wel oren te hebben naar een uitwisseling met Acantus. Even later volgde de bevestiging, en was het zaakje beklonken. Een nieuwe kooruitwisseling in de maak, een reisje naar Barcelona in het verschiet. Misje zingen in de Sagrada Família?

Het koor Catasons werd opgericht in 2000 aan de muziekschool Creu Alta te Sabadell, bij Barcelona. Opgericht als het koor van de ouders van de studenten aan de muziekschool, telt Catasons momenteel een zeventigtal leden, en staat het nog steeds onder leiding van oprichtster Mariona Sanchez Griera. Het heeft een uitgebreid en gevarieerd repertoire, gaande van Catalaanse muziek, traditionele wereldmuziek, spirituals, tot klassieke werken zoals het Stabat Mater van Rheinberger. In 2011 nam het koor deel aan de ‘Koorbiënnale’ te Haarlem, en in 2012 en 2013 deed het koor uitwisselingen met het Japanse koor Armadillo uit Saitama (Tokyo) en het Franse koor Harmonie Toot Sweet uit Grasse. In 2014 zongen zij op het festival van Verona, en in 2015 zingen zij in … Beveren, Sombeke en Antwerpen.

Godfried Van de Vyvere
Koorweekeinde Malle

Ook nieuw is de locatie van ons jaarlijkse koorweekeinde. De uitgeleefde kamertjes met het gammele meubilair worden ingeruild voor een nieuwe bestemming te Malle. Zelf was ik er nog niet, ik kijk er dus met spanning naar uit. Allicht zullen de kamertjes en het meubilair beter zijn, maar het is toch vooral de repetitieruimte die ons aanbelangt, omdat we daarin heel wat meer uren doorbrengen dan in het slaapkamertje. Vol verwachting klopt ons hart.

Godfried Van de Vyvere
Libera Me

Mijn hart klopt nog met meer verwachting voor het concert van 14 november. Ik heb de inkleding van het hoofdwerk, het Requiem van Gabriel Fauré, reeds uitvoerig geschetst. Het kader is de herdenking van de bevrijding in 1945, ook de bevrijding van de kampen, en dat in de ‘dodenmaand’ november, met de traditionele herdenking van de wapenstilstand, op 11 november. We zitten dus in het ‘juiste’ weekeinde met dat concert. Ons koor is uit de hele heisa gebleven rond de herdenking van ‘De Grote Oorlog’. Met ons concert sluiten we nu toch enigszins aan bij deze thematiek. De liederen op teksten van kinderen uit het kamp Theresienstadt (het Tsjechische Terezin) voegen een heel eigen pigment toe aan deze herdenking.

Het was de laatste, de allerlaatste,

Hij was zo rijk, zo stralend, zo verblindend geel,

Het was net een traan van de zon

Die verzengt tegen een witte steen.

Zo’n schittering van geel

Vloog onbelemmerd ver de hoogte in,

Weg, ik weet het zeker, omdat

Hij onze wereld vaarwel wilde kussen.

Zeven weken woon ik hier,

Opgesloten in dit getto.

Ik heb de paardenbloemen naar me zien reiken,

En de witte kastanjebloesems op het binnenplein.

Maar een andere vlinder heb ik nooit meer gezien.

Die vlinder was de laatste, want

Er leven geen vlinders, hier, in het getto.

 

Pavel Friedmann, Terezin, 4 juni 1942

Het is uit dit gedicht dat Pavel Friedmann schreef in het kamp, dat de titel stamt van de liedcyclus: ‘I never saw another butterfly’. Gecomponeerd door de (Joodse) Amerikaanse Lori Laitmann (°1955), voor sopraan en saxofoon.

Acantus zingt verder nog Hear my prayer, O Lord’ van Sint-Niklazenaar Camil Van Hulse, ‘De profundis’ van Vic Nees, en ‘Cantique de Jean Racine’ van Gabriel Fauré.

Het tweede deel van het concert is het Requiem van Fauré, met de originele orkestbezetting (1893) van Fauré zoals John Rutter die in 1984 ontdekte en uitgaf. In deze bezetting spelen 1 soloviool, 4 altviolen, 4 celli, 1 contrabas, harp, 2 hoorns en orgel.
Solisten zijn de sopraan Elsi Spanoghe en de bas-bariton Werner Van Mechelen.
Solist op saxofoon in de liederen van Theresienstadt is Stephen Biebuyck.

Godfried Van de Vyvere
Pinksteren

Een klare herinnering aan
vergeten VREDE
weerklonk
in warme sonoriteit
en samenhorigheid
als een balsem
op deze zonnige Pinkstermorgen.

Adembenemend
en blij verrast
hielden
de mannenstemmen van het Acantuskoor
mijn hart
bij elke noot
in een ‘handgreep’
bij het zingen van de ‘Cantique de Racine’ van Fauré.

Stilte
hing als klankkleurige seringen
in alle gewelven
en uit alle hoeken van de Sint-Martinuskerk in Beveren
groeiden spirituele vleugels

Een aubade
en dankoffer
aan de hemelpoort
een HOOG-dag
stricto sensu.
Bea Claus
Paris dans la pluie

De gesprekken over "koetjes en kalfjes" zouden pas stilvallen op het ogenblik dat de bus van 't Soete Waesland ons uitliet aan de hoofdingang van la Cimetière du Père Lachaise. Godfried had een mooi “bruggetje”, nou ja “brug” gemaakt door het debiteren van mijn artikel van 25 jaar geleden over het Parijse weekend van het eerbiedwaardige Sint-Martinus-koor. Simonne vond het “goed gebracht”, een handigheidje om niets over de inhoud te moeten zeggen. Zo zijn goede echtgenoten nu eenmaal. Toch bedankt Godfried, ik rekende je niet onder mijn schare lezers...

Méér dan 70 waren we, zangers, B-koor, oud-leden Jonas en Yvonne, Omer en Irène, een vriendin van Marina, jeugd ook met Pieter-Jan en Stephanie Van de Vyvere. Al vlug zwermde het gezelschap in groepjes uit over het 44 ha grote kerkhof. Heerlijk verdwalen tussen de graven van beroemdheden. Wij vonden Chopin, wier hart toch in Polen rust. Luc bevestigde dat en hij weet toch alles over dat land. Bij Bécaud zong ik nog een strofe van “L'important c'est la rose”, niet voor hem, want hij zou zich wellicht omkeren in zijn graf als hij het hoorde, maar eerder op vraag van Lieve van Carry, die toevallig naast me stond. We passeerden ook bij Honoré de Balzac, die nog maar onlangs een nieuwe zerk gekregen had, een schenking van een au-teursvereniging, nadat de con-cessie verlopen was. Natuurlijk stond Edith Piaf ook op ons lijstje. Laurent Fignon moet ons te vlug af geweest zijn, maar James Douglas Morisson schit-terde nog steeds als jonge ster. Zijn foto althans…

Andere groepjes zullen uiteraard nog vele andere personaliteiten opgezocht hebben. Toch vond ik het grafmonument van de geliefden, abdis en abt Heloise et Abelard, réunis dans un tombeau, het meest naar mijn hart grijpen. Iemand in de ban van de H. Kerk slaan voor een verboden liefde, daar zou ik nog kunnen mee leven, maar dat de Kerk ook nog met je 'kroonjuwelen” gaat lopen, dat vind ik iets te véél van het 'goede', maar ja, we schreven toen 12° eeuw…

 

Zware wolken hingen boven de stad, toen we een slaatje gingen eten ergens in een bistro naast het kerkhof en toen de bus ons naar de Place de la République bracht, gingen de hemelsluizen open.

Wilfried Van De Velde
Paris à vélo

Het had nogal wat voeten in de aarde vooraleer we de Rue Alphonse Baudin gevonden hadden. De werkgroep miste blijkbaar Jan Vancauwenberghe, die ziek moest afzeggen.

Fietsen in zo'n hondenweer! Méér dan de helft gaf op nog voor de start gegeven was. Uiteindelijk gingen we om 15.20 uur van start met 2 pelotonnetjes: “contrasten in Parijs” met Hans en nog zes andere freaks; “Parijs buiten-gewoon” met Lucia en nog acht andere waterduiveltjes.

De eerste groep leek nogal tevreden achteraf. Het tweede groepje, waartoe Simonne en ik behoorden, was dat minder. De regen namen we erbij, maar de Nederlandstalige gids was niet super en zijn tour kwam twee maal op dezelfde plaats langs… Toch ontdekten we een ander Parijs, dat bij mooi weer wel leuk was geweest. We passeerden Montsouris, een mooi oplopend nauw straatje met huizen, die begroeid waren met fris geurend groen en andere blauwe regens. In de Arène St-Lutèce was een feestje opgezet ter ere van een prinses van Madagascar die er op bezoek kwam bij haar landgenoten, en we fietsten langs de Seine met uitzicht op de Notre Dame en het Hotel de Ville. Mooi toch?

De gids vond het na twee uur welletjes en wij ook. We wrongen ons doorheen het drukke verkeer. De tocht eindigde in de staart van de gay-parade, slalommend tussen tien veegwagens en andere politiecombi's. De gids vond dat we de fietstocht van ons leven meegemaakt hadden… De natste misschien wél... Ik hoop dat de parkenwandelaars en de bezoekers van musea enthousiaster waren over hun keuze.

Wilfried Van De Velde
Twee dopen

Het “Grand Hotel du Havre” *** was niet om over naar huis te schrijven. Goed gelegen, dat wel, een gevarieerd ontbijt ook, helaas in een te kleine ruimte, maar voor de rest is het hotel dringend aan renovatie toe.

Gelukkig konden we gaan dineren “Chez Clément” in de Avenue Wagram. Het was lekker en bij elke penalty die Brazilië scoorde, sprong de canard bijna van de borden die het zwarte dienstertje al huppelend aanbracht. Gezellig tafelen met een glaasje wijn, na zo'n natte namiddag, het mocht best nog wat langer duren, maar ja de 'Doop' van 2 nieuwe koorleden was gepland.

Slachtoffers waren Gerda en Katrijn. Bea en Katrien zijn inmiddels ervaren doopmeesteressen, maar de dopelingen zelf hebben hier het meeste verdienste met de invulling van hun opdracht. Vorig jaar in Verona hadden Jan en Hilde reeds de juiste toon gezet, en ook dit jaar hadden de dopelingen zich terdege voorbereid.

Katrijn, die reeds de hele dag met een grote doos rondzeulde, toverde uiteindelijk de nieuwe koormascotte te voorschijn, een prachtig stukje knutselwerk dat resulteerde in de geboorte van Jeanke, flexibel, muzikaal en biseksueel tegelijk! Mooi zo.

Het verdient wel een apart artikeltje, waartoe misschien een ander schrijver zich geroepen voelt. Maar het was passend, waarlijk en pittig zoals ons Lutje zelf. 53 jaar alt en sopraan in 1, een beetje extravagant, maar o zo elegant. Trees bracht haar een verdiend eresaluut. Ze werd overladen met geschenken en mooie afscheidswoorden van Annemie en Godfried.

Op de melodie van “Un poquito cantas” en “Belle qui tiens ma vie” volgde een passende tekst die we hierna afdrukken. Einde van dag 1.

Wilfried Van De Velde
Afscheid van Lutgard

Het verdient wel een apart artikeltje, waartoe misschien een ander schrijver zich geroepen voelt. Maar het was passend, waarlijk en pittig zoals ons Lutje zelf. 53 jaar alt en sopraan in 1, een beetje extravagant, maar o zo elegant. Trees bracht haar een verdiend eresaluut. Ze werd overladen met geschenken en mooie afscheidswoorden van Annemie en Godfried.

Op de melodie van “Un poquito cantas” en “Belle qui tiens ma vie” volgde een passende tekst die we hierna afdrukken. Einde van dag 1.

P.S. Met veel dank aan Jonas die ons, gewoontegetrouw, bedacht met een souvenir. Ditmaal een groene draagtas met afdruk van de Eiffeltoren. Om te bewaren of rond Beveren te dragen?

Wilfried Van De Velde
Nous voici à Paris
Nous voici à Paris
On y chante, on y chante
Nous voici à Paris
On y chante, on est ravis.

Acantus chante ave
Et puis encore kyrie

Nous voici à Paris
On y chante, on y chante
Nous voici à Paris
On y chante , on est ravis.

Pajot Acantus zdis ave
I takzje vot kyrie 
 
Nous voici à Paris
On y chante, on y chante
Nous voici à Paris
On y chante , on est ravis.

Tutaj ´spiewamy ave
I potem tezj kyrie 
 
Nous voici à Paris
On y chante, on y chante
Nous voici à Paris
On y chante , on est ravis.

Cantiamo qui verum ave
Dopo segue kyrie

Nous voici à Paris
On y chante, on y chante
Nous voici à Paris
On y chante , on est ravis

Gerda Mouton
Afscheidslied voor Lut

Un poquito cantas, un poquito alto,
un poquito soprano, wij vieren ons Lutje!
Le-lo-la …

Dat heet dan gelukkig zijn, samen in ‘t koor te zijn.
Centraal op een podium staan en samen op reis te gaan. 2 x
Dat maakt haar blij, maakt ons blij, allen blij!

Un poquito choco, un poquito gâteau,
un poquito praliné en dan ……een kopje thee!
Le-lo-la…

Dat heet dan gelukkig zijn, een zoetebek te zijn.

Vanille met advocaat en toch zo’n kleine maat! 2 x
Dat maakt haar blij, maakt ons blij, allen blij!
Mucho mucho bijou, mucho mucho sjakosj,
Mucho mucho garderobe, o la la la la la!
Le-lo-la …

Op de melodie van “I like the flowers”

Ik hou van winkelen,
ik hou van mode.
Ik wil een leuke snit,
met kleurtjes rood of blauw.
Lut is extravagant,
maar altijd elegant.
Doe wa ka doe wa ka doe wa ka doe wa ka! (2x)

Ik hou van dansen,
salsa in Cuba.
Ik hou van fuiven,
een hele lange nacht.
liefst met een knappe man,
als het even kan.
Doe wa ka lu lu lu lu lu lu lu lu lu! (4x)

Op de melodie van “Belle qui tiens ma vie”

Lutje wij gaan u missen op donderdag in ’t koor.
Jouw warme lach die straalde, attent en liefdevol.
Blijf steeds zoals je bent, zo opgeruimd en content;
Dank voor de mooie tijd, jij blijft bij ons voor altijd….

Herhaling met z’n allen!

De sopranen
De Parijse roes
Zondagmorgen om 7 uur uit bed. Reiskoffers pakken. Naar de ontbijttafel met, buiten enkele slaapwandelaars, niks dan montere, verwachtingsvolle gezichten. Het weer kan niet anders dan beter worden.

Om 9 uur inladen van de valiezen: eerst Beveren – daarna Sint-Niklaas.

9.30 uur : vertrek met de bus voor degenen die gaan wandelen op de voormalige Parijse tramsporen. Onderweg naar de Bastille passeren we de Notre Dame (nostalgie van 25 jaar geleden). Het blijft bewolkt maar droog. Mooie wandeltocht van 4,5 km op het groene “parkviaduct” met zicht op de 1ste verdieping van de Parijse inwoners.

We vernemen dat Tin deze morgen bij de bankautomaat is overvallen. Gelukkig heeft Daan, als een koene, onverschrokken ridder, zijn regenscherm als degen gebruikend, met enkele sabelhouwen de overvaller verjaagd.

Ondertussen is de wandeltocht ten einde, en nemen we de metro van station Michel Bizot naar de La Madeleine. Onderweg experimenteren Hans B. en Annemie met de wippende functies van de metrozitjes.

We zoeken in de omgeving een Brasserie om even te snacken. Toepasselijk: café “La Madeleine”.

Daarna op weg naar de Cours de Reine waar we tegen 13.15 uur verwacht werden voor het ophalen van de uniformen. Dan naar de majestueuze Madeleine tempel met de typisch Griekse zuilen.

Tegen 13.45 uur waren alle koorleden aanwezig voor de opwarming en repetitie voor het concert. Godfried organiseert de opstelling van het koor voor goed zicht op orgel met Hera. Daarna een goede repetitie met een relaxte dirigent en koor.

Einde repetitie 15.10 uur

< p>Tijdens onze repetitie hadden de B-koorleden de gelegenheid om Parijs te verkennen vanop de Seine met een bateau-mouche.

Tussen de japanners genoten ze van op het dek van de boot van een zonnig Parijs landschap.

Reeds tijdens de repetitie waren er al heel wat bezoekers/publiek. Het concert, met een vocaal en orgelprogramma, begon om 16.00 uur, en werd uitvoerig aangekondigd. Nadien heb ik heel wat positieve reacties van zowel publiek als zangers gesprokkeld. Er waren heel wat muziekliefhebbers aanwezig in de kathedraal en dat is aangenaam zingen. Er was zelfs een Bevers gezin die deze dag speciaal voor het concert naar Parijs waren gekomen om ’s avonds terug huiswaarts te keren. Het concert eindigde om 17.00 uur.

Om 18.00 uur werden we verwacht in Bistro Romain voor een heerlijke tomaat mozzarella, risotto met kabeljauwhaasje en tot slot appelflap met aansluitend een echte Franse koffie.

De bassen hielden dan een muzikale uitnodiging aan alle aanwezige A en B koorleden voor hun verrassingsdag op zondag 7 september. De tekst vindt U hieronder.

Om half negen, moe maar voldaan, de bus op voor de 4 uren durende reis naar Beveren. Nou ja, bij de achterste regionen op de bovenverdieping van de bus was het zeer rumoerig. Daar ging het o.a. over glimwormpjes, over het efficiënt regelen van de airco door middel van regenschermen, enzovoort…

Naarmate we Sint-Niklaas en Beveren naderden, bekroop me weer die allesomvattende gevoelens van déjà-vu, melancholie, spijt, vreugde, vriendschap … dat kan omschreven worden als de “Parijse roes”.

Hugo Thierens
De bassen on tour
Deze baspartij gaat dit jaar op zwier
De saffranen die volgen gedwee
En de dalten die hebben weer veel plezier
De tenoren en B-koor die gaan weer mee

De bassen die reizen met een koor op sleeptouw,
verrassen alom, maar iedereen gaat mee
Ze regelen alles van naald tot draadje
En breien een dag vol moe maar tevree

Deze baspartij gaat dit jaar op zwier
De saffranen die volgen gedwee
En de dalten die hebben weer veel  plezier
De tenoren en B-koor die gaan weer mee

Het leven van bassen is dikwijls geen pretje
Veel maten, dat wel, maar zonder één noot
En is er voor hen dan toch een coupletje
Dan moet het, maar blijkbaar toch heel devoot

Deze baspartij gaat dit jaar op zwier
De saffranen die volgen gedwee
En de dalten die hebben weer veel  plezier
De tenoren en B-koor die gaan weer mee

En als ze dan toch eens een noot mogen zingen
Dan is het van boem, boemboem en bedoem
Ze moeten zich vaak er tussen gaan wringen
Maar eens in vijf jaar is voor hen de roem

Deze baspartij gaat dit jaar op zwier
De saffranen die volgen gedwee
En de dalten die hebben weer veel plezier
De tenoren en B-koor die gaan weer mee

Acantus ons koor staat er enkel als één huis
Als bassen er zijn met hun diep gegrom
Want zonder die brommers is het niet plui-uis
Wees hen dus dankbaar een volg hen kortom

Deze baspartij gaat dit jaar op zwier
De saffranen die volgen gedwee
En de dalten die hebben weer veel plezier
De tenoren en B-koor die gaan weer mee

De bassen
Een scheppingspersiflage

In het begin schiep God ook het koor. Hoge en lage stemmen, mannen en vrouwen, schepsels van beiderlei kunne. De stemmen waren woest en grommend onder invloed van de oervloed. Ruw en ongeschoold. Door de eeuwen heen werden de stemmen verfijnder en edeler. Maar de unieke bassengeest zweefde over de vloed en hun stemmen droegen tot de verre continenten. En God sprak: "Bas, neem de organisatie op uw schouder van een grootse bassendag, want ikzelf heb daar geen tijd voor. Ik heb werk genoeg met mijn engelen en hun duivels"
En bas nám de organisatie op zijn schouder.

En bas sprak: "Er moet licht komen aan het hemelgewelf". En in het eerste uur was er licht. En hij scheidde het licht van de duisternis en hij noemde het licht morgenstond. En de zon verscheen aan het hemelgewelf als een enorme lamp en gaf warmte aan het koor, dat ontwaakte op een parking. Men was verwonderd over de verwezenlijkingen van vader bas. En bas zag dat het goed was.

En bas sprak: “Er moet vervoer komen om ons te verplaatsen in Gods vrije natuur”. En zo gebeurde. Een trein reed voor en het koor nam uitbundig plaats. En men was verwonderd over de zachtheid van de beweging en de snelheid van de trein terwijl men toch van gedachten kon wisselen. En bas zag dat het goed was. Dit was het eerste uur.

En bas sprak: ”Er moeten begeleiders komen om ons volk de weg te wijzen”. En er verschenen twee begeleiders in de stad “Gantera” in het gehucht “Damportera”. Het koor volgde deze gidsen met naar de zon gekeerd gelaat, zodat de weldoende warmte nieuwe kiemen van geluk plantte in de harten van velen. En bas zag dat het goed was. Dit was het tweede uur.

En bas sprak: "De geest voeden is niet voldoende. Er moet nectar en ambrozijn voorzien worden, want de tocht is lang en de steenwoestenij droog. Volg mij naar de schaapskooi". En het koor volgde bas naar de schaapskooi. Het mirakel gebeurde. Het manna kwam uit de hemel en het koor kon zich te goed doen aan boterkoeken en zich laven aan verse koffie op een zalige rustplaats. De euforie van die bovenaardse schenking borrelde op in vele kelen en de koorklanken weerkaatsten in het schaapskooigewelf

Licht huppelend als engelen op een wolk ving het koor de laatste hinderpaal aan, op weg naar het paradijs. En bas zag de stralende gezichten van zijn volgelingen en zag dat het goed was. Dit was het derde uur.

En bas sprak: “Het water onder het hemelgewelf moet naar een plaats vloeien zodat droog land en zee van elkaar gescheiden worden”. En zo gebeurde. “Laat ons een ark bouwen om nooit van elkaar gescheiden te worden en om de rest van de wereld te kunnen ontdekken”. En het koor kwam toe aan de ark en zij gingen aan boord.

De zon aan het firmament scheen goedwillend neer op het voor- en achterdek van de ark en de vermoeide koorleden rustten uit in een gezegende warmte. En bas zag de rustende mensen, gezicht opgeheven naar de zon, met gesloten ogen als in een intiem gebed. En hij zag dat het goed was. Dit was het vierde uur.

En bas sprak: “In het land van Kanaän bestaat er geen honger en geen dorst. Laat ons samen in de buik van de bark de vele manden met voedsel nuttigen. Laat ons genieten van de gaven die de natuur ons bereidt”. En zo gebeurde. En bas zag dat het goed was. Dit was het vijfde uur.

En bas sprak: “Laat onze ogen kijken en zien”. En zo gebeurde. Langs de oever van de rivier ontvouwde zich een immens landschap, met langs de oever enorme woningen, te groot voor goden, laat staan voor mensen. Met prachtige tuinen en eeuwenoude bomen en krakkemikkige aanlegsteigertjes. En het koor keek en zag wat bas bedoelde. En bas was verheugd voor de mensen die de kennis begrepen, en hij zag dat het goed was. Dit was het zesde uur.

En bas sprak: "Laat onze trein voorrijden zodat we onze oorsprong terug kunnen opzoeken en afscheid nemen van elkaar". En zo gebeurde. De menselijke kant van het koor was duidelijk vermoeid maar de geestelijke zijde bleef de hele rit actief. Blijheid was troef. Fonkelende ogen als sterren aan het firmament, vriendschap die ons doordrong. En bas zag dat het goed was. Dit was het achtste uur.

En bas sprak: “Laat ons rusten want het negende uur is nabij. Maar geef de leiding door aan mensen die op ons lijken, die ons evenbeeld zijn in de schepping. Geef ze de moed en de kracht om de verbondenheid met elkaar, dat vandaag ons is doordrongen, in ons koor verder te zetten”.

En bij aankomst in onze vertrouwde omgeving hebben bassen en choristen een waardig afscheidslied gezongen. En het licht verscheen voor de sopranen die dankbaar de kelk in ontvangst namen. En de bassen zagen dat het goed geweest was.

Bert Mendonck
Zandberg Proloog

Was het de vijftig die in zicht kwam? Was het dit langdurig verblijf op één adres? De 'voorlopige' stap naar de Glazenleeuw was uitgegroeid tot ruim 12 jaar. Dat was nooit de bedoeling. Nooit woonde ik ergens zo lang dat ik moest gaan schilderen. Al geruime tijd had ik een licht gevoel van onbehagen dat zich tenslotte niet langer liet negeren. Er moest dringend iets veranderen in mijn leven. Ik besloot een koophuisje te zoeken. Het was 'nu of nooit'.

De huizenjacht was een spel waar ik veel plezier aan beleefde. Soms was het een echte klucht. Een makelaar die de waterpomp in de kelder aanprijst. Met een trapleuning in je handen staan. Een makelaar die niet eens de moeite neemt om uit zijn auto te komen en je met een handgebaar het pand zelf laat bekijken; wel zo makkelijk. Eén kantoor met twee schalkse bolhoedjes als logo had een huis aan de “Tivoliweg te Stekene”. Nu ligt de Tivoliweg beslist in Hulst. Je kan een huis met zicht op de Basiliek nauwelijks “te Stekene” noemen. Dit was bij navraag bewust gedaan “om de Belgische klanten te bereiken”. De makelaar keek ervan op dat ik het misleidend vond. Maar het zette mij wel aan het denken. Zou ik terug kunnen gaan naar Nederland? Zou ik in Zeeuws-Vlaanderen kunnen wonen? Het idee was nooit eerder in mij opgekomen. “Wonen in Zeeuws-Vlaanderen” bood echter perspectieven die ik nergens anders zou hebben. Ook de naam voelde goed: een beetje Zeeuws en een beetje Vlaams; net als ik. Dus verlegde ik mijn grenzen, en zo kwam na een uitgebreide zoektocht Zandberg in beeld.

Zandberg. Een buurtschapje tussen Hulst en Graauw. Een driesprong met wat huizen en een café. Bekend bij wandelaars, fietsers, natuurliefhebbers en vissers vanwege de drie kreken. Zo klein als het is, heeft het toch een rijke historie waarvan het “Stenen Beer” aan de Beerweg, de “Liniedijk” en het oude “Fort Zandberg” getuigen. Verder veel ruimte, weidse polders, mooi licht, frisse lucht en Zeeuwse wind. Een brievenbus, een bushalte en straatverlichting. De lokale supermarkt bestaat uit een boerenkar met diverse soorten aardappelen en seizoensgroenten, en een plastic bus voor het geld. Vlaggen klapperen in de strakke wind.

Het is woensdagavond 25 juni 2014. Ik zit op het caféterras op mijn eten te wachten. Zwaluwen scheren door de straat, ze nestelen in de zijgevel. Vrijdag kom ik hier een huis bekijken. Ik wil eerst weten hoe de sfeer hier is. Op het terras is iedereen met elkaar in gesprek. Groepjes passerende fietsers steken hun hand op, sommigen roepen een groet. Boeren op trekkers minderen vaart voor de bocht en stuiteren daarna verder. Aan het tafeltje naast mij probeert een man mijn aandacht te trekken; ik laat het even bij een groet. Aan de overkant van de straat komt een man naar buiten met zijn handgrasmaaier. Het gezellige geratel van de maaier is pure nostalgie. Opeens herken ik hem. Het is Wim, één van de chauffeurs die vaak aan het loket staat op mijn werk. Een fijn en betrouwbaar mens. Op slag ben ik gerust over Zandberg. Ik steek de straat over en terwijl we boven het geurige, versgemaaide gras staan te keuvelen, roept Karin vanaf het terras dat mijn eten klaar is. Ze houdt het bord omhoog bij mijn tafel. Ik kom!

Als ik begin te eten, wenst de man op het terras mij smakelijk eten en vertelt er gelijk bij dat hij sinds een week de nieuwe buurman is van Wim. Dat is Peter. Hij is duidelijk een gelukkige nieuwe huiseigenaar. Nu ken ik al 3 mensen op Zandberg. Op een bevolking van hooguit 70 zielen wil dat al wat zeggen. Omdat ik bezig ben, neemt hij het gesprek voor zijn rekening. Ik beperk mij tot wat instemmend geknik, het is toch al lastig communiceren als je spare-ribs eet. Nadien klinken we op zijn nieuwe huis, en op mijn huisbezoek overmorgen.

Vrijdagmiddag 27 juni. Het is zover. Samen met Josette rijd ik naar Zandberg. Onderweg in Meerdonk ligt een deur op straat met een bordje ernaast, “Gratis mee te nemen”. Daar is nu geen tijd voor, we zijn al te laat. Op Zandberg vinden ze dat normaal, iedereen komt daar te laat. Het is altijd verder dan men denkt. We bekijken het huis en rijden daarna naar de bakker in Clinge. Tijdens een heuse wolkbreuk eten we in de auto onze roombroodjes op, de poedersuiker stuift in het rond. Als de regen mindert gaan we terug naar Beveren. De deur moet maar even wachten, hij is nu toch drijfnat.

‘s Avonds besluit ik alsnog om mijn deur te gaan halen. Hij ligt er nog, ik wist het. Een massief houten deur met panelen en koperbeslag. Hij is loodzwaar; ik krijg hem maar met moeite in mijn auto. Tenslotte teken ik een smiley met “Dankuwel” op het bordje, prop mijn trui tussen de achterklep en de deur tegen hinderlijk gebonk, en zo kom ik thuis. Dit is niet zomaar een willekeurige deur; het is de deur naar mijn nieuwe toekomst. Hij bevestigt de stap die ik binnenkort zal nemen. Zulke deuren zijn niet te koop in de winkel. Het is een geschenk. Hij is sterk, degelijk en stoer. In gedachten zie ik hem al staan op het einde van de tuin, met niets dan lucht erachter als je hem opendoet. Puur Magritte.

De route via Meerdonk bleek achteraf een omweg. Ik moest er helemaal niet zijn. De symboliek is duidelijk. Het zegt dat de omwegen in je leven niet voor niets zijn. Ze dienen ergens toe. Ik heb via een omweg de deur naar mijn nieuwe toekomst gevonden. Op datzelfde moment weet ik in mijn hart al dat die op de Zandberg ligt. Hoe onlogisch ook, want ik was nooit van plan om “op den buiten” te gaan wonen of om een klushuis te kopen. Maar ik heb een sterk gevoel van bestemming, alles klopt en het voelt heel goed. Ik weet dat het geen zin heeft om verder te zoeken. Ik heb mijn nieuwe plek gevonden.

>Een week later zie ik mijn huisbaas beneden in de garage, waar mijn deur staat te verbroederen met mijn auto. U moet weten dat mijn huisbaas timmerman is. Met pensioen, maar toch. “Van wie is die deur”? ‘Van mij’. “Wat gaat u daarmee doen”? ‘Dat weet ik nog niet’. (het is nog te vroeg om het hem te vertellen). “Dat is een mooie deur” ‘Ja dat vind ik ook’. “Dat is een dúre deur” (hij weet graag alles). ‘Dat viel best mee hoor, ik heb er niks voor betaald’. Hij vindt het maar vreemd, hij kijkt me van opzij nog eens doordringend aan en vertrekt.

Heel juli blijf ik ‘s avonds naar de Zandberg rijden. De plek trekt mij aan als een magneet. Ik vind het hier zo mooi. De strakke lijnen van de dijken, bekroond met statige bomenrijen. Het licht, de lucht, de glinsterende kreken, de weidse polders, de geuren en kleuren van de gewassen. Het rijden op en over de dijken doet mij aan de bergen denken. Als het donker is, zie je van heinde en verre de lichtbundels van een enkele auto gaan, zoals je dat in de bergen ook ziet. Op en afritten van dijken maken haakse bochten, soms bijna haarspelden. “In the Dutch Mountains” van de Nits zit constant in mijn hoofd, afgewisseld met “Going back to my roots, yeah”. Ik rijd heel graag, het liefst in de bergen. Die zijn er niet in onze regio, maar deze polderversie bevalt mij ook zeer goed.

Op een avond ga ik de kortste weg naar Terneuzen zoeken, want als ik hier kom wonen zal ik voortaan via de Westerscheldetunnel naar mijn Walcherse heimat rijden. Op de Beerweg staat een auto aan de kant en ik zie iets over de weg waggelen. Het is een gewonde eend. De vrouw bij de auto roept dat ik voorzichtig moet zijn, alsof ik de vogel expres zou verpletteren. Ik passeer de zwalkende eend stapvoets en rijd verder. Met zo’n vrouw erbij is hij in goede handen.

De kortste doorgang richting Terneuzen loopt via de Zoutestraat, de Veldstraat, de Zeildijk, door Schuddebeurs, de Zandstraat en zo naar verder naar de Provinciale Weg. De straatnamen zijn eenvoudig en duidelijk. Het wordt niet ingewikkelder dan de Hontenissestraat en de Zandbergsestraat. Het is intussen bijna donker en ik ga terug. Dan, op de enige haakse bocht die Zandberg rijk is, word ik bijna omver gereden door de Dierenambulance. Een plotse confrontatie met een reeds lang vergeten fenomeen. Hij is uitgerukt voor de eend, komt nu in volle vaart de bocht door en verblind mij met al zijn lichten. Zelf moet ik aan de kant, ik ben een hartstilstand nabij, maar met de eend zal het wel goed komen. Ik had me niet vergist in de doortastendheid van de vrouw. Bij dit uitzinnig vertoon van zorg zal het voor de mensen ook wel veilig zijn. Dat is een hele geruststelling. Mijn hartslag bedaart alweer. Breed grijnzend rijd ik naar huis.

Begin september is het kermis. Die bestaat uit een kinderdraaimolen met houten stoeltjes aan ijzeren kettingen, een springkasteel en een blauwwitte feesttent, ruim voldoende om de hele bevolking van Zandberg en omstreken te bevatten. Om negen uur begint de bingo. Ik heb in geen eeuwen bingo gespeeld, heb er zelfs nooit de lol van ingezien, maar dit wil ik absoluut niet missen. Wim leidt het spel op zijn kalme manier. Vooraan in de tent zitten drie stevige vrouwtjes als haviken boven hun formulieren, hun pennen als dolken in de aanslag. Zij komen van de Graauw en zullen de hele avond nog geen koffietje of wat dan ook drinken. Zij zijn niet gekomen om geld uit te geven, maar om te winnen, en dat doen ze dan ook. Ze hebben constant prijs, en het zijn nog mooie prijzen ook. Het “Boe”-geroep van het jonge volkje achterin wordt steeds luider. Gelukkig is de hoofdprijs (een lounge-set voor in de tuin) voor iemand anders. Iedereen gunt het haar. De Graauwse troika vertrekt met al hun prijzen; ze zullen wel dorst hebben. Ik weet niet wat er gebeurd zou zijn als de loungeset ook in de Graauw was belandt.

Ja, de Zandberg wordt een avontuur en een hele uitdaging. Het ligt wat afgelegen, maar ik woon er zeker niet alleen. Het is een kleine gemeenschap, iedereen kent elkaar en is op elkaar aangewezen. Je kan lekker eten in het café bij Karin en Arno. Wim woont er, en Peter. De Jos uit Mortsel woont er al ruim 30 jaar. Mijn buurman links is Johan. Mijn huis is het geboortehuis van overbuurvrouw Tilly. Haar man Karel is van de Graauw. De eendenredster wordt mijn nieuwe buurvrouw rechts. Hopelijk zal ze mij ook redden als ik ooit over straat waggel.

Deze stap zet mijn leven op zijn kop, maar dat is al drie keer eerder gebeurd. Dan zal het de vierde keer ook wel lukken. Want waarom zou je op hetzelfde station blijven staan als er nog zoveel andere bestemmingen zijn? Eén ding weet ik zeker: als ik het niet doe krijg ik er voor de rest van mijn leven spijt van.

Marja Van Kooten
Ik hou niet van Jazz
Ik hou niet van jazz. 
Nee. 
Nooit gedaan. 
Ik word er zenuwachtig van. 
Tot spijt van mijn wederhelft die wel eens een jazz-plaatje placht op te leggen. 
(En hij krijgt weinig steun bij dochterlief die opmerkt dat volgens haar “de cd blijft hangen.” Ze heeft mijn genen.)

En dan wordt op een algemene vergadering aangekondigd : we zingen jazz. 
Ik moet inwendig zuchten. Jazz, o nee, als dat maar goed komt.

Regenachtige Dagen en Koffiekoppen.
Looks om mee te lachen 
En andere Dingen die niets Voorstellen.. 

Nog wat Blauwe Luchten verder vraagt Godfried : “en, voelen we ’t al?” Iedereen rondom knikt instemmend, bijna swingend.
En ik kan alleen maar denken… Nope, nee, ik voel het niet… 

’t Zal wel aan mij liggen, maar mijn gestructureerde geest kan niet om met maten in 5, halve noten die geen halve noten zijn, aanzetten die net iets te vroeg moeten komen en akkoorden met – naar mijn aanvoelen – 3 noten teveel.
Tja, en dan…

Lag het aan de koffiekoeken of de pianist? 
Aan de andere opstelling of de dirigent ? 
Of was het gewoon een moment van mentale zwakte? 

Maar plots hoor ik wél blauwe vogelkens zingen en ik voel mijn heupen een nauwelijks voor het blote oog zichtbare swingbeweging maken. En ik denk bij mezelf: “Hé, dit zingt best wel lekker.”

Nee, ik hou niet van jazz.
En dat zal ik nooit doen. 
Maar een vegetariër kan ook wel eens toegeven dat een steak “eigenlijk best wel te eten is…”

Katrijn De Bock
Het gesprek
Een prachtig stukje proza over een gesprek tussen twee buurmannen in Noorwegen, voor u gelezen in het boek “Kielzog” van Per Petterson

“Er gaat een bel en ik word wakker. Het is de deurbel, dat snap ik meteen. Ik loop naar de hal en doe de deur open. Het is de Koerd van de tweede. Hij glimlacht.

“Dag”, zegt hij in uitstekend Noors. Het is natuurlijk ook een kort woord, ongeveer net zoiets als “bedankt”. Dat zou ik ook nog wel kunnen in het Koerdisch, of hoe die taal ook maar heet, als iemand het me eerst leerde. Ik voel me plotseling ongemakkelijk, ik ben nog niet helemaal wakker, ik weet niet wat ik moet zeggen.

“Dag”, zeg ik. Hij heeft iets onder zijn arm, een klein pakje. Dat geeft hij aan mij, ik snap het niet helemaal, is dat voor mij? Hij knikt.

“Bedankt”, zegt hij, maar ík moet natuurlijk bedankt zeggen als het voor mij is, dus ik zeg ook: “Bedankt”, en dan glimlacht hij nog meer, en we staan daar met onze twee korte woorden, zijn snee op zijn wang en mijn restanten van een blauw oog en voeren bijna een gesprek.

Ik voel me plotseling niet meer ongemakkelijk, ik begin te lachen, we lachen samen. Ik doe de deur wijd open en vraag hem binnen met de internationale lichaamstaal; ik maak een zwaai met mijn rechterarm en buig lichtjes, maar dan lacht hij weer, heft zijn handpalmen op en schudt zijn hoofd. Hij wijst naar de trap, hij heeft een gezin dat op hem wacht. Hij heft ten afscheid zijn hand op en zegt “Dag”, ik doe hetzelfde, til mijn hand op en zeg “Dag”, terwijl ik knik. Ik heb het begrepen, het cadeautje is vanwege vannacht, omdat ik mijn slaap onderbrak en hem en zijn gezin binnenliet toen hij bloedend buiten in de kou stond, zo ver van Koerdistans hoge bergen onder een lage maan en de diepe dalen met slingerende wegen van tot gruis gehakte stenen en de goede buren in witgekalkte huizen zonder sloten op de deur.

Hij begint naar boven te lopen. Het geluid van zijn voetstappen ken ik al, op weg naar boven.

“Bedankt”, zeg ik en ik zwaai met het pakje. Hij draait zich glimlachend om en zegt: “Dag”.

We hebben het maximale eruit gehaald, meer valt er niet te zeggen.

Marja Van Kooten
Koorkalender
Donderdag 2 juli 11.00 uur Aankomst Coral Catasons
Donderdag 2 juli 19.00 uur Ontvangst Cortewalle
Donderdag 2 juli 20.00 uur Gezamenlijke maaltijd en verbroedering in ‘De Boerenpoort’, Sint-Elisabethstraat 31A, 9120 Beveren, Melsele
Vrijdag 3 juli 20.30 uur Concert Coral Catasons in Sombeke, Sint-Rochuskerk
Zaterdag 4 juli 20.30 uur Gezamenlijk concert in Sint-Martinuskerk, Beveren
Zondag 5 juli 10.30 uur Gezamenlijke mis in Sint-Pauluskerk, Sint-Paulusstraat 22, 2000 Antwerpen
Zaterdag 15 augustus 10.30 uur Maria Tenhemelopneming, bedevaartweide, Melsele
Woensdag 26 augustus Start tent Beverse Feesten
Zondag 30 augustus 12.00 uur Aperitiefconcert ‘In den Hemel
Zaterdag 26 september 10.00 uur Start koorweekeinde, Provinciaal Vormingscentrum Malle, Smekenstraat 61, 2390 Malle
Zondag 27 september 11.00 uur Allerheiligen
Zaterdag 14 november 20.00 uur Requiem Fauré, Haasdonk, Jacobus de Meerderekerk
Zaterdag 28 november 15.00 uur Sopranenfeest
Donderdag 24 december 23.30 uur Kerstviering
Gerd Wenmeekers
Familiekroniek
Wij verwelkomen

 

    Karina De Bock bij de sopranen.

    Ingeborg De Meulemeester bij de sopranen.

    Yvette Pluym bij de sopranen.

    Wim Tachelet bij de tenoren.

 

Wij nemen in het koor afscheid van

 

    Cathérine De Veirman, alt.

    Lutgarde Van Caem, sopraan.

    Rubina Van de Perre, sopraan.

 

Wij feliciteren

 

    Veronique en Bruno met de geboorte van Lara op 28 mei 2014.

    Hera en Nicolas met hun huwelijk op 23 augustus 2014.

 

Wij bieden onze oprechte deelneming aan

 

    bij het overlijden op 25 november 2014 van Andrea Janssens, (schoon)moeder van Gerda en Dirk

 

Gerd Wenmeeckers
Photo [fō'tō]: een foto, opname met een camera

Graphein: uit het Grieks (γραφειν) betekent schrijven, tekenen

Beelden zeggen soms meer dan 1000 woorden
 
Remember the rain
Kris De Schepper
Verjaardagskalender
Marc Oosterlinck 12 juni
Annelies Herremans 23 juni
Manu Cardon 25 juni
Carry Decleer 4 juli
Ingeborg Smet 7 juli
Nicole De Laet 21 juli
   
Veronique Daelemans 25 juli
Klaartje Schatteman 25 juli
Marina Smets 28 juli
Dirk Praet 4 augustus
Tin Campo 13 augustus
Marita Van Damme 15 augustus
   
Mieke Michiels 5 september
Bert Mendonck 9 september
Yvette Pluym 14 september
Marc Van Kerckhoven 15 september
Marja Van Kooten 19 september
   
Annemie Anné 25 oktober
Gerd Wenmeekers 26 oktober
Rik Daghelet 30 oktober
   
Gerd Wenmeekers
Coral Catasons te gast in Beveren
Donderdag 2 juli 2015

We halen de Catalanen in Zaventem op om 11.15 uur.
We lunchen samen met het koor in de jeugdherberg La Pulcinella in Antwerpen. Daarna nemen 2 gidsen hen mee om Antwerpen te verkennen.
Om 19 uur worden Coral Catasons én Acantus in kasteel Cortewalle verwacht voor een ontvangst door het gemeentebestuur van Beveren, vertegenwoordigd door schepen van cultuur Johan Smet. Na de receptie trekken we naar het OC De Boerenpoort in Melsele voor een smakelijke barbecue en een muzikale verbroedering.

Vrijdag 3 juli 2015

Na een toeristische rondrit door Brussel bezoekt Coral Catasons het Europees parlement in Brussel.
’s Avonds geeft het koor om 20.30 uur een concert in de Sint-Rochuskerk in Sombeke.

Zaterdag 4 juli 2015

Tijd voor een geleid bezoek aan Gent, wie weet, met een optreden in de Schaapskooi?
In onze vertrouwde Sint-Martinuskerk zullen we samen concerteren.

Zondag 5 juli 2015

We verzorgen samen de mis in de Sint-Pauluskerk en daarna willen we nog gezellig samen tafelen …

Coral Catasons vertrekt in de namiddag weer naar huis …. en wij kijken met z’n allen uit naar het tweede luik van de uitwisseling.

Jij wil er in juli toch ook bij zijn?

Gerd Wenmeekers
Photo [fō'tō]: een foto, opname met een camera

Graphein: uit het Grieks (γραφειν) betekent schrijven, tekenen

Beelden zeggen soms meer dan 1000 woorden
 
Soms dwalen gedachten
langs stenen muren
gewelven
op zoek naar
een eindeloos nieuw begin
Kris De Schepper